Cas Smithuijsen nieuwe hoogleraar op Anton van Duinkerkenleerstoel

Per september treedt Cas Smithuijsen aan als bijzonder hoogleraar op de Anton van Duinkerkenleerstoel voor kunst en cultuur aan de Radboud Universiteit. De leerstoel, vernoemd naar de dichter, essayist, redenaar, literatuurhistoricus en hoogleraar aan de Radboud Universiteit (1953-1968), vervult een brugfunctie tussen de academische wereld en het artistieke werkveld.

Cas Smithuijsen, tot voor kort directeur van de Boekmanstichting – studiecentrum voor kunst- en cultuurbeleid te Amsterdam – zal deze brugfunctie de komende drie jaar parttime vervullen. De leerstoel is gekoppeld aan de leeropdracht Europese letterkunde van prof. Sophie Levie. Aan de Radboud Universiteit zal hij onderwijs geven binnen de masterprogramma’s Kunstbeleid en mecenaat en Literair bedrijf.

Kunstconsumenten

De nieuwe hoogleraar wil de ontwikkeling van het gedrag van de kunstconsumenten in zijn onderzoek en onderwijsprogramma centraal stellen. Smithuijsen: ‘Als kopers van artistieke producten en diensten, vaak verhandeld via het internet, worden “consumenten” steeds belangrijker naast de traditionele museumbezoekers, het publiek voor podiumkunst, de vrijwilligers in de erfgoedwereld en de beoefenaren van amateurkunst. De overheid heeft decennia lang aangedrongen op meer (internationale) marktwerking in de cultuur en dat lijkt er nu ook te komen. Met alle, misschien ook ongewenste, gevolgen voor het nationale cultuurbestel en het kunstsubsidiebeleid.’

Mecenaat en markt

Cas Smithuijsen (Amsterdam 1949) studeerde sociologie en muziekwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Hij promoveerde daar in 2001 op een onderzoek naar gedragsregels van publiek bij klassieke muziek. De afgelopen dertig jaar publiceerde hij meer dan tweehonderd artikelen en enkele boeken over cultuur, beleid, mecenaat en markt.
Momenteel bekleedt hij een aantal bestuurlijke functies, onder meer bij de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), de Vereniging Rembrandt en Brabants Kenniscentrum Kunst en Cultuur. /Foto: Titia Hahne