De opmars van vrouwen in gemeenteraden is in Nederland sinds 1990 blijven steken op 25 procent. Dat blijkt uit onderzoek van Monique Leyenaar, hoogleraar vergelijkende politicologie aan de Radboud Universiteit, in samenwerking met prof. Drude Dahlerup van Stockholm University.
Wat de vertegenwoordiging in de nationale politiek betreft zit Nederland in de Europese kopgroep van vrouwen in politieke functies (39 procent van het parlement is vrouw). De lokale politiek doet het wat slechter. Slechts één op de vijf burgemeesters is vrouw (20 procent), en voor wethouders ligt dat percentage nog lager. In de meeste andere Europese landen ligt dat getal tussen de 30 en 40 procent.
Nijmegen
Hoewel in de Nijmeegse gemeenteraad de vrouwen ook in de minderheid zijn, ligt dat getal wel hoger dan het Nederlandse gemiddelde. In het college van Burgemeester en Wethouders zitten twee vrouwen (28,5 procent), en van de 39 raadsleden zijn er 14 vrouw (35 procent).
Opvallend feitje is dat alleen voor de VVD meer vrouwen (2) dan mannen (1) in de gemeenteraad zitten.
Verschil landelijk – gemeente
“Kennelijk is deelname van vrouwen in de lokale politiek nog geen, wat wij dan noemen, geïnstitutionaliseerde norm”, aldus Leyenaar op de online vacaturebank intermediair.nl. “Dat heeft verschillende oorzaken. Zo is onze lokale politiek erg gefragmenteerd. Er zijn veel verschillende partijen, en vrouwen zijn minder vaak in de top van de lijsten te vinden. Verder stellen lokale lijsten, die 25 procent van de zetels innemen, weinig vrouwen kandidaat.”
Leyenaar en Dahlerup hebben een model ontwikkeld voor de analyse van vrouwen in de politiek. Leyenaar: “Wil je een goede analyse kunnen maken, dan moet je niet alleen kijken naar numerieke vertegenwoordiging, maar ook naar: waar zitten de vrouwen? Welke functies oefenen ze uit? Hoeveel macht hebben ze? Welke regels, normen, arbeidsvoorwaarden zijn er om vrouwen een betere toegang te geven tot de politieke functies? In Nederland is bijvoorbeeld pas sinds 2006 geregeld dat Kamerleden na hun zwangerschapsverlof weer terug in hun functie kunnen.”
