Ik had het niet verwacht. Echt niet. Ik dacht dat ik er verslagen bij zou zitten. Dat ik vol teleurstelling terug zou kijken. Maar nu het voorbij is, voel ik iets heel anders. Geen schaamte. Geen verdriet. Wat ik voel, is opluchting.
door Geert van Nispen
Een diepe zucht die eindelijk uit mijn borst ontsnapt. Alsof de strijd die ik de afgelopen dagen heb geleverd, eindelijk van mijn schouders glijdt. Ultralopen is ook om kunnen gaan met falen en echt naar jezelf kijken.
Deze dans met de tijd, dit avontuur in het ultralopen is voorbij. Niet zoals ik het me had voorgesteld. Niet met een trotse finish op hét plein van Santiago. Maar met een breuk. Een vroegtijdig einde. En toch… ik voel dat dit einde ook een begin is.
Het ultralopen dat anders verloopt dan ik droom
Ik droom vooraf over een dans. Een dans met de tijd, soepel en vloeiend, waarin ik kilometers lang in een ritme kom dat bijna meditatief voelt. Ultralopen is voor mij die magische plek tussen inspanning en vrijheid. Een plek waar ik het leven nog meer dan anders voel stromen.
Maar dit keer gaat het anders. Vanaf het eerste moment voelt het zwaar. Vanaf de tweede dag merk ik dat dit avontuur geen dans zal zijn, maar een gevecht. En die realisatie komt hard binnen.
De natuur als tegenstander
Nog voor de start is er al onrust. De natuurbranden in Spanje zorgen voor uitstel. Weken van wachten, van twijfel, van mezelf moed inspreken. Het ritme dat ik zorgvuldig had opgebouwd, valt weg. Als ik eindelijk mag starten, voel ik geen opgeluchte energie. Ik voel spanning.
Lees verder op Geert van Nispen.