Onderzoek Radboud universiteit: het juiste sportgras is beter voor de velden én natuur’

Door het juiste gras te gebruiken voor sport- en golfvelden is de kwaliteit van velden beter, is minder onderhoud nodig én draagt het bij aan de afvoer van overtollig regenwater.

Dat blijkt uit onderzoek van bodemkundige Maurice Evers, die op 11 maart op dit onderwerp promoveert aan de Radboud Universiteit.

Koolstofophoping

Goed gras is cruciaal om goed te kunnen voetballen of golfen, maar heeft meer voeten in aarde dan je misschien zou verwachten. Bodemkundige Evers ziet de laatste jaren steeds meer problemen met het in bedwang houden van koolstofophoping in de toplaag (de bovenste 1-2 centimeter) van een grasmat. ‘De koolstof komt in de bodem via levende en afgestorven graswortels, en vormt een dikke viltlaag. Het bodemleven kan koolstof vaak niet snel genoeg verwerken en door het koolstofoverschot verslechtert de bodem. Dat zorgt voor slechter gras, wat bijvoorbeeld minder tegen betreding kan en sneller ziek wordt.’ Met intensief onderhoud kun je de grasmat en de bodem wel helpen, maar in het kader van duurzaam beheer doe je dat liever niet. ‘Het kost veel tijd en geld, en voor een bodem is het beter als die zelf dit soort dingen op kan oplossen.’

Neerslagpieken

Niet alleen voor voetballers is het fijn als de grasmat goed van kwaliteit is: sportvelden spelen een belangrijke rol bij hevige neerslagpieken. Evers: ‘Als er ineens veel water valt, zie je nu steeds vaker dat het water moeilijk weg kan. Bij stukken grond waar de bovenste laag van de grasmat vol met koolstof vervilt is, loopt het water niet goed weg en krijg je overstromingen. Maar wanneer er gras is dat de bodem niet verstikt en waar regenwater goed kan doorlopen, helpt dat bij waterbuffering.’ Ook in de stad gaat dit in de toekomst mogelijk een grotere rol spelen. ‘Gras in parken bijvoorbeeld waardoor het water goed weg kan lopen, zal steeds belangrijker worden voor de afvoer van overtollig regenwater.’

Wortels spoelen

De bodemkundige bekeek verschillende grassoorten en onderzocht hoeveel koolstof ze opbouwden in verschillende lagen in de bodem. Hij stak honderden pluggen kleine stukjes gras met een diameter van zo’n 3 centimeter uit en spoelde de wortels uit in de kassen van de Radboud Universiteit. Die wortels werden vervolgens getest op onder andere koolstof-stikstofverhouding. Evers: ‘We zagen flinke verschillen tussen diverse soorten gras. In tegenstelling tot veldbeemd hoopt Engels raaigras relatief weinig koolstof bovenin de bodem op en is heel geschikt voor sportvelden en golfbanen. Het is onderhoudsarm én het helpt dus bij de afvoer van regenwater. Voor golfbanen en in parken is daarnaast rood zwenkgras met uitlopers een hele verstandige keuze.’

Er valt daarmee echt wat te kiezen, zegt de bodemkundige: ‘Het juiste gras heeft weinig onderhoud nodig, zorgt voor een juiste balans in een bodem én helpt bij neerslagpieken.’