De rechtbank veroordeelt een 36-jarige man voor poging tot verkrachting van een vrouw in het bos bij Ubbergen. Hij krijgt een gevangenisstraf van dertig maanden waarvan tien voorwaardelijk.
De vrouw werd op een ochtend in september 2023 tijdens haar hardlooprondje aangevallen door de man, die haar al enige tijd achtervolgde.
Hulp van twee andere vrouwen
Hij duwde haar op de grond, ging op haar liggen en probeerde haar broek uit te trekken. Dit lukte niet omdat de broek door het geknoopte touwtje van hardloopbroek van de vrouw bij haar heupen bleef hangen. Doordat de vrouw van zich afsloeg en gilde -waardoor er uiteindelijk twee andere vrouwen op afkwamen – bleef het bij een verkrachtingspoging. De man sloeg op de vlucht maar de politie kon hem kort daarna in de omgeving oppakken.
Verklaring verworpen
De man gaf toe dat hij de vrouw achtervolgde en aanviel, maar verklaarde dat hij geen seksuele intenties had. Hij wilde de vrouw beroven van haar mobiele telefoon en zou niet aan haar broek hebben gezeten. De rechtbank verwerpt die verklaring, nu er DNA-materiaal van de man is aangetroffen aan de binnenzijde van de broekband van de vrouw. Uit het achtervolgen, het naar de grond brengen van de vrouw, en het – terwijl hij in ‘missionarishouding’ bovenop haar lag – proberen om haar broek uit te trekken, blijkt dat hij de bedoeling had haar te verkrachten. Ook bekeek de man voorafgaand aan de aanval porno op zijn telefoon.
Herhalingsgevaar beperken
De man toont weinig berouw en laat weinig over zichzelf los. Volgens het psychologisch onderzoek is sprake van zwakbegaafdheid en verslaving aan cannabis. Door een gebrek aan medewerking door de man kan het verband met de poging verkrachting niet worden vastgesteld en ziet ook reclassering geen mogelijkheid om de man te begeleiden. De rechtbank vindt daarom, naast een onvoorwaardelijke gevangenisstraf een drie jaar durende proeftijd van belang om het herhalingsgevaar te beperken.
Schadevergoeding
Tot slot moet de man moet een schadevergoeding en smartengeld aan de vrouw betalen. Het gaat hier om een totaalbedrag van 3.860 euro.
